Een radicaal andere aanpak

De trend van 2022 wordt volgens de kenners het gebreide babymutsje in velerlei kleuren. 'Hoe moet je het noemen?', vraagt iemand bij RTL-Boulevard, als een bekendheid zich maar meteen van top tot teen heeft laten inbreien. Compleet gestoord lijkt mij een redelijke gok, maar ik ben dan ook zwaar bevooroordeeld na het bekijken van de beelden waarop te zien was hoe reldebielen in Brussel politieagenten bekogelden met dranghekken. Ik wist al dat de wereld steeds meer op een gekkenhuis gaat lijken, maar het blijkt telkens toch weer een graadje erger te kunnen.

Volgens mensen die ervoor hebben doorgeleerd, ligt het aan de toenemende polarisatie die de coronacrisis veroorzaakt. Of het waar is, durf ik niet met zekerheid te zeggen. Het kan ook een gemakkelijk excuus zijn om niet toe te hoeven geven dat wij opgescheept zitten met een tot op het bot verwende generatie lamstralen.

Misschien moet ik de vooruitgang niet afwijzen, maar juist vol enthousiasme omarmen. De moordlustige relschoppers zijn zonder uitzondering gehuld in donkere kleding. Daar ligt het natuurlijk aan dat zij zo agressief worden. Het is tijd voor een radicaal andere aanpak. Demonstranten die voor joker lopen met een vrolijk gebreid mutsje op het kaalgeschoren koppetje, hebben het veel te druk met lachen om agenten naar het leven te staan. Pas later dringt het tot de verweekte hersencellen door dat de planning ergens volledig in de soep is gelopen. Op de vraag van de half slapende partner of het gezellig was, hoort de mislukte relschopper zichzelf tot zijn ontzetting vertellen over gebreide mutsen met strikjes die het echt lijken te gaan maken.

Waarschijnlijk zullen zich nu gedragswetenschappers melden om mij ernstig van repliek te dienen. Ik mag reldebielen nooit zo noemen, want dan komen er in die doorgesnoven hoofden onbeheersbare processen op gang. Je zou het kunnen vergelijken met een kernreactor nadat een medewerker van het waterbedrijf langs is geweest om de zaak af te sluiten. Dat wil je daar als normaal mens ook niet te dicht bij in de buurt komen.

Hoewel ik weet dat die gedragswetenschappers gelijk hebben, kan ik het niet opbrengen hun goede raad op te volgen. De geest is gewillig, maar het vlees is zwak. Zeker op momenten dat ik de paniek zie in de ogen van verbijsterde hulpverleners. Dan vind ik het ineens heel jammer dat het in Nederland nog niet breed geaccepteerd is zulke heethoofden eerst eens een jaar of tien te laten afkoelen in een vorm van sobere opvang. De relschoppers die het lezen machtig zijn, moeten het mij maar niet kwalijk nemen.

Zelf zal ik mij maar niet wagen aan opzichtige hoofdbedekking. Geen zwierige hoed of gebreide babymuts met strikjes. Mijn voorkomen is niet gebaat bij het trekken van onnodige aandacht. Al helemaal niet nu tegenwoordig op elke straathoek het gevaar dreigt dat iemand mijn ontluistering via sociale media met de wereld deelt. Dat moet ik als aan de weg timmerende columnist niet willen.





Twitter Facebook LinkedIn Volgen


Een radicaal andere aanpak

Ergernis

Niet uit de verf

BoerBurgerBedotterij

Donderend geraas

Geluk zonder luchtje